Chloortalidonum

Active ingredient: chloortalidon

The text below is about the active substance chloortalidon


Introductie

Chloortalidon hoort tot de thiazide-plasmiddelen. Het voert overtollig vocht af en verlaagt de bloeddruk.

Artsen schrijven het voor bij hoge bloeddruk, hartfalen, oedeem en nierstenen.


Instructiefilmpje

Film 1 - Slikken van medicijnen


Highlight

  • Chloortalidon is een plasmiddel dat de bloeddruk verlaagt en de pompkracht van het hart verbetert.
  • Bij hoge bloeddruk, hartfalen (een hart dat minder goed pompt), nierstenen. En als uw lichaam te veel vocht vasthoudt (oedeem).
  • Uw bloeddruk zal langzaam dalen binnen 6 weken. Bij hartfalen merkt u dat u minder benauwd bent en minder last heeft van dikke enkels.
  • Gebruik chloortalidon elke dag. Dan heeft u minder kans op hart- en vaatziekten.
  • Moet u veel plassen op onhandige momenten? Dan kunt u dit medicijn op een andere tijd slikken. Slik chloortalidon niet later dan 16.00 uur. Want dan moet u vaak 's nachts opstaan om te plassen.
  • Ga naar uw arts als u last krijgt van spierkramp of zwakke spieren. Of van hartkloppingen en vermoeidheid. Dit kan betekenen dat u te weinig kalium in uw bloed heeft.
  • Dit medicijn heeft veel wisselwerkingen met andere middelen. Laat uw apotheker controleren of u chloortalidon veilig kunt gebruiken met uw andere medicijnen. Ook medicijnen die u zonder recept heeft gekocht.


Werking

Hoge bloeddruk

Verschijnselen
Mensen met een hoge bloeddruk voelen hier over het algemeen niets van. Hoge bloeddruk is ook geen ziekte, maar geeft meer kans op hart- en vaatziekten. Als de bloeddruk is verhoogd, stroomt het bloed te krachtig door de vaten. Dit is schadelijk voor de bloedvaten. Beschadigde bloedvaten geven kans op een beroerte (herseninfarct of hersenbloeding) en ernstige hartziekten, zoals hartkramp en hartfalen.

Werking
Door dit medicijn scheiden de nieren meer zout uit. Het zout trekt het vocht mee. Hierdoor wordt het overtollige vocht afgevoerd via de urine. U kunt dit merken doordat u misschien iets vaker moet plassen. Er blijft minder vocht achter in de bloedvaten. Hierdoor daalt de bloeddruk en is er minder kans op een beroerte.

Bij hoge bloeddruk schrijven artsen in het begin meestal een plastablet voor. Als dit niet voldoende helpt, kan de arts ook een ander medicijn voorschrijven, zoals een bètablokker of een ACE-remmer.

Mensen die met een plastablet hun bloeddruk hebben verlaagd, blijken minder vaak te overlijden aan een beroerte of aan een hartziekte.

Effect
Na 3 tot 6 weken werkt dit medicijn het beste. Zelf merkt u niet veel van de bloeddrukverlagende werking van dit medicijn. U weet pas of het werkt bij een meting van uw bloeddruk. Toch is het belangrijk chloortalidon elke dag in te nemen. Alleen dan kan chloortalidon de hart- en bloedvaten optimaal beschermen.

Lees meer over hoge bloeddruk . "

Hartfalen

Verschijnselen
Bij hartfalen (decompensatio cordis) is de pompkracht van het hart verzwakt. Het bloed wordt niet meer goed rondgepompt. U bent daardoor sneller moe en kunt last krijgen van vocht in de benen of achter de longen. U bent dan ook sneller benauwd.

Oorzaak
Oorzaken voor hartfalen kunnen zijn een lang bestaande hoge bloeddruk of hartklepgebreken. Of vernauwing in de bloedvaten die het hart van bloed voorzien (kransslagaders), stoornissen in het hartritme of een hartinfarct.

Werking
Door dit medicijn scheiden de nieren meer zout uit. Het zout trekt het vocht mee. Hierdoor wordt het overtollige vocht afgevoerd via de urine. Er blijft minder vocht achter in de bloedvaten. Daardoor hoeft het hart minder hard te werken. De pompkracht van het hart neemt daardoor toe.

Ook door een zoutarm dieet te volgen kunt u de hoeveelheid vocht in uw bloed laten dalen. Uw huisarts of diëtist kan u hierover adviseren.

Behandeling
Behalve het wegnemen van de oorzaak, zoals het behandelen van de hoge bloeddruk of het vervangen van een slechte hartklep, spelen geneesmiddelen een belangrijke rol bij hartfalen. De belangrijkste medicijnen zijn plastabletten en ACE-remmers of angiotensine-II-blokkers.

Artsen schrijven de thiazide-plasmiddelen voor als het hartfalen nog niet ernstig is of als de urinestroom niet te groot mag worden, bijvoorbeeld bij mensen met een vergrote prostaat. Vaak schrijft de arts behalve een plastablet ook een ACE-remmer voor.  

Effect
Het vochtafdrijvende effect begint na 1 tot 2 uur. En kan 10 tot 12 uur duren. U merkt dat doordat u vaker moet plassen. Na 3 tot 6 weken is het volledige effect van dit medicijn bereikt. U merkt dan dat u minder last heeft van dikke enkels, benauwdheid en moeheid.

Lees meer over hartfalen . "

Oedeem

Verschijnselen
Het lichaam kan vocht vasthouden bij een verminderde pompkracht van het hart (hartfalen), een verminderde nierwerking of levercirrose (een chronische leverziekte). Of het gebruik van bepaalde medicijnen, zoals bijnierschorshormonen of vrouwelijke geslachtshormonen.

Het vocht kan zich ophopen op plaatsen waar het normaal niet of nauwelijks aanwezig is. Dit heet oedeem. Dit merkt u het eerst aan dikke enkels en voeten. Ook kan er vocht rond de longen blijven staan. U merkt dan dat u benauwd bent en sneller moe wordt.

Werking
Door dit medicijn scheiden de nieren meer zout uit. Het zout trekt het vocht mee. Hierdoor wordt het overtollige vocht afgevoerd via de urine. U merkt dit doordat u vaker moet plassen. Hierdoor slinkt het oedeem en dikke enkels en voeten verdwijnen. Ook de benauwdheid neemt af.

Ook door een zoutarm dieet te volgen kunt u de hoeveelheid vocht in uw bloed laten dalen. Uw huisarts of een diëtist kan u hierover adviseren.

Effect
Het vochtafdrijvende effect begint na 1 tot 2 uur en kan 10 tot 12 uur aanhouden. Na 3 tot 6 weken is het volledige effect van dit medicijn bereikt. U merkt dan dat u minder last heeft van dikke enkels, benauwdheid en moeheid.

Lees meer over oedeem . "

Nierstenen

Verschijnselen
Als de urine te veel mineralen, zoals calcium (kalk), bevat, kan dat de vorming van kristallen tot gevolg hebben. Deze kristallen kunnen aangroeien tot 'stenen' en dan de binnenkant van de blaas en urinewegen irriteren. Bij het afsluiten van een urineweg kunnen ze een flinke pijnaanval veroorzaken.

Werking
Chloortalidon vermindert de hoeveelheid calcium in de urine. Hierdoor zullen nierstenen met calcium minder snel ontstaan.

Artsen schrijven het voor aan mensen die hier vaak last van hebben. Het ontstaan van een nieuwe steen wordt zo voorkomen. Het duurt een paar weken tot maanden voor het volledige effect van dit middel is bereikt.

Lees meer over nierstenen . "


Bijwerkingen

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Tekort aan kalium, een bepaalde stof in het bloed. U merkt dit het eerst aan spierzwakte, spierkramp of spierpijn , ernstige vermoeidheid, hartkloppingen of heftige buikklachten. Mensen met hartfalen, levercirrose, nierziekten, of mensen die veel laxeermiddelen gebruiken, hebben hier meer kans op. Ook bij diarree of braken is de kans op een tekort aan kalium groter.

    Als u last heeft van deze klachten, ga dan naar uw arts. Dit kaliumtekort kan ook ontstaan als u dit medicijn al weken tot maanden gebruikt. Uw arts controleert uw kalium meestal na een paar weken. Mocht u een tekort aan kalium in het bloed krijgen, dan kan uw arts u een ander medicijn erbij voorschrijven dat het kaliumtekort opheft. Mensen met hartfalen, levercirrose, nierziekten, of mensen die veel laxeermiddelen gebruiken, hebben hier meer kans op. Ook bij diarree of braken is de kans op een tekort aan kalium groter. Uw arts zal daarom regelmatig de hoeveelheid kalium in uw bloed controleren. Als u diarree heeft of veel moet braken, neem dan contact op met uw arts.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Duizeligheid

    De eerste dagen van de behandeling kunt u duizelig zijn. Vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel. Dit gaat meestal over als uw lichaam is gewend aan de lagere bloeddruk (binnen enkele dagen tot weken). Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt dan het beste even gaan liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen.

  • Tekort aan natrium, een bepaalde stof in het bloed. U merkt dit het eerst aan plotselinge ernstige vermoeidheid, sufheid en een verminderde eetlust. Vrouwen en oudere mensen hebben hier meer kans op. Ook bij diarree of braken is de kans op een tekort aan natrium groter.

    Als u last heeft van deze klachten, ga dan naar uw arts. Meestal ontstaat dit natriumtekort tijdens de eerste weken van het gebruik.
    Vrouwen en oudere mensen hebben hier meer kans op. Ook bij diarree of braken is de kans op een tekort aan natrium groter. Uw arts zal daarom vaak in het begin de hoeveelheid natrium in uw bloed controleren. Als u diarree heeft of veel moet braken, neem dan contact op met uw arts.

  • Impotentie

    Dit komt door de lagere bloeddruk. Als u last heeft van deze bijwerking, vraag dan advies aan uw arts. Mogelijk moet de dosering aangepast worden of is een ander medicijn geschikter voor u.

  • Maagdarmklachten, zoals lichte misselijkheid, braken, maagpijn, verstopping en verlies van eetlust.

    Meestal helpt het als u het medicijn met wat voedsel inneemt. Blijft u er ook na een paar dagen last van houden? Neem dan contact op met uw arts.

    Overgeven of koorts kan voor uitdroging zorgen. Dit leidt vooral bij ouderen boven de 70 jaar en bij mensen met hartfalen of minder goed werkende nieren tot erge bijwerkingen. Daarom kan de arts bij deze groep mensen de dosering tijdelijk aanpassen. Valt u onder deze groep? En heeft u meerdere keren per dag last van overgeven of diarree? Of heeft u langer dan 2 dagen koorts? Neem dan contact op met uw arts.

  • Te hoog bloedglucose. Heeft u diabetes? Controleer dan vaker uw bloedglucose.

  • Als u het syndroom van Sjögren heeft, een aandoening waarbij de slijmvliezen van onder andere ogen en mond droger zijn dan normaal: u kunt meer klachten krijgen.

    Dit medicijn vermindert de aanmaak van traanvocht en speeksel. Neem contact op met uw arts als u meer last heeft van oogirritatie of een droge mond. Mogelijk is een ander medicijn geschikter voor u.

  • Dit medicijn kan de huid gevoeliger maken voor UV-licht (zon, zonnebank, UV-lamp).

    Blootstelling aan zonlicht, zelfs voor korte perioden, kan huiduitslag, jeuk, roodheid of andere verkleuring van de huid geven En ernstige verbranding door de zon. Begint u net met dit medicijn? Blijf dan uit direct zonlicht, vooral tussen 10.00 en 15.00 uur. Draag beschermende kleding, waaronder hoed en zonnebril. Smeer een zonnebrandmiddel op met een hoge beschermingsfactor en ga niet onder de zonnebank. Als u een ernstige reactie op de zon krijgt, stop dan meteen met het gebruik en neem contact op met uw arts.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag en galbulten.

    Raadpleeg bij deze verschijnselen uw arts. Geef aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor chloortalidon. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het medicijn niet opnieuw krijgt.

  • Ontsteking van de alvleesklier, de galwegen of leveraandoening en bloedafwijkingen. Krijgt u plotselinge hevige pijn in bovenbuik, geelzucht of onverklaarbare blauwe plekken? Of extreme vermoeidheid of keelpijn met koorts en blaren in de keel? Dan moet u direct een arts waarschuwen.

  • Hoofdpijn

    Raadpleeg uw arts als u hier te veel last van heeft.

  • Hartritmestoornissen. U merkt dit soms alleen aan plotselinge duizelingen of als u even wegraakt.

    Als u last krijgt van deze verschijnselen, moet u zo snel mogelijk uw arts raadplegen.

  • Benauwdheidsklachten

    Als u dit merkt, neem dan contact op met uw arts.

  • Veranderingen in het gezichtsvermogen

    Dit komt doordat uw ogen aan het middel moeten wennen. Als u hier veel last van heeft, overleg dan met uw arts.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen


Gebruik

Hoe?
Kijk voor de goede dosering altijd op het etiket van de apotheek.

Wanneer? 
U kunt het middel het best 's ochtends innemen. U heeft dan het minst last van het feit dat u misschien vaker moet plassen.

Hoe lang?

  • Hoge bloeddruk. Een behandeling voor hoge bloeddruk duurt meestal lang. Als dit medicijn goed bij u werkt, moet u dit medicijn waarschijnlijk uw leven lang gebruiken.
  • Oedeem. Hoe lang u dit middel moet gebruiken, hangt af van de oorzaak van het oedeem. Als u een verminderde hartwerking heeft (hartfalen) moet u het waarschijnlijk lange tijd gebruiken.
  • Nierstenen met kalk. Als dit middel goed bij u werkt, moet u dit middel waarschijnlijk lange tijd gebruiken.

 


Vergeten

Het is belangrijk dit medicijn consequent in te nemen. Mocht u toch een dosis vergeten zijn:

  • Als u chloortalidon 1 keer per dag gebruikt: ontdekt u het dezelfde dag, dan kunt u de dosis nog inhalen tot 4 uur 's middags. Is het later dan 4 uur? Sla de dosis dan over. Bij een latere inname dan 4 uur 's middags loopt u kans om 's nachts uit bed te moeten om te plassen.
  • Als u chloortalidon 1 keer per 2 dagen gebruikt: duurt het nog meer dan 24 uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan 24 uur? Sla de vergeten dosis dan over.


Verboden

autorijden?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.


alcohol drinken?
Alcohol kan de duizeligheid in het begin van de behandeling versterken. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt. Als u dit medicijn gebruikt voor oedeem of hartfalen: overmatig alcoholgebruik kan klachten als benauwdheid en dikke enkels verergeren. In het algemeen is een paar keer per week een glas wijn geen probleem.

alles eten?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen. Om kaliumtekort te voorkomen, kunt u erop letten kaliumrijk voedsel te gebruiken. Kalium zit onder andere in citrusfruit.


Wisselwerking

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Hart- en vaatmiddelen van de groep ACE-remmers en de groep Angiotensine-II-blokkers. Chloortalidon versterkt de werking van deze medicijnen. Dit geldt alleen als u al chloortalidon gebruikt en u krijgt daar nu een ACE-remmer of een angiotensine-II-blokker bij. Vooral in het begin van de behandeling kunt u last krijgen van erge duizeligheid. U kunt hier iets tegen doen door het medicijn in te nemen voor het naar bed gaan. Als u ligt, voelt u de duizeligheid minder. Soms raadt de arts aan de plastabletten 2 of 3 dagen te laten staan voordat u met het andere medicijn begint. U heeft dan minder last van duizeligheid. Na 2 of 3 dagen gebruik van de ACE-remmer of de angiotensine-II-blokker kunt u dan zonder problemen de plastablet weer gebruiken, als dat nodig is. Ook kan uw arts u aanraden de eerste dagen met een lage dosis ACE-remmer of angiotensine-II-blokker te beginnen en die na een paar dagen te verhogen.
  • Colestyramine, een cholesterolverlager. De werking van dit medicijn kan afnemen. Overleg hierover met uw arts. Mogelijk krijgt u een ander medicijn. Of controleert uw arts u extra. Moet u ze beide gebruiken? Zorg ervoor dat u dit medicijn minstens 4 uur vóór colestyramine inneemt.
  • Pijnstillers van het NSAID-type, zoals ibuprofen, naproxen en diclofenac. Deze pijnstillers kunnen het effect van chloortalidon verminderen. Gebruik deze pijnstillers daarom alleen als uw arts u dit heeft geadviseerd of het heeft voorgeschreven. Merkt u bij het gebruik van deze pijnstillers samen chloortalidon dat uw enkels of voeten dikker worden of bent u weer sneller kortademig? Neem dan contact op met uw arts.
  • Lithium, een middel tegen manische depressie. Plastabletten kunnen de werking van lithium versterken, zoals maagdarmklachten, trillen, spierzwakte, spiertrekkingen, duizeligheid, slaperigheid, sufheid. En verwardheid, verminderde concentratie, moeite met lopen en spreken, en epileptische aanvallen. Waarschuw meteen uw arts als u last krijgt van één van deze bijwerkingen. Uw arts moet het lithiumgehalte in het bloed regelmatig laten meten en de dosering eventueel aanpassen.
  • Acetazolamide (medicijn bij glaucoom en oedeem). Dit medicijn geeft samen met chloortalidon een grote kans op kaliumtekort. Uw arts kan uit voorzorg een medicijn voorschrijven dat het kaliumverlies tegengaat (amiloride of triamtereen) of dat het kaliumtekort aanvult (kaliumchloride).
  • Andere bloeddrukverlagende medicijnen. De bloeddruk kan te laag worden als u chloortalidon samen met andere bloeddrukverlagers gaat gebruiken. Uw arts houdt hier rekening mee en zal in het begin een lagere dosering voorschrijven. Al naar gelang het effect zal de arts de dosering geleidelijk verhogen.
  • Medicijnen tegen epilepsie carbamazepine en oxcarbazepine, en de medicijnen tegen depressie citalopram, escitalopram, fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine, sertraline, venlafaxine en vortioxetine. Als u een van deze medicijnen samen met chloortalidon gebruikt, heeft u de eerste weken een verhoogde kans op een tekort aan natrium in het bloed. U merkt dit soms aan plotselinge hevige vermoeidheid, sufheid en verminderde eetlust. Waarschuw dan meteen uw arts.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.


Zwangerschap

Zwangerschap
Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in elk geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. U zult (tijdelijk) moeten overstappen op een ander veilig medicijn.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u borstvoeding geeft. Het medicijn gaat over in de moedermelk en kan zo schadelijk voor de baby zijn. Ook kan het er voor zorgen dat de moedermelk afneemt. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander medicijn voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Of u kunt kunstvoeding geven.


Stoppen

Hoge bloeddruk
Stop niet zomaar zelf met dit medicijn. Overleg altijd eerst met uw apotheker en arts als u wilt stoppen.

U moet dit medicijn namelijk afbouwen, dat betekent dat u dit medicijn NIET in 1 keer mag stoppen. Als u in 1 keer stopt of als u te snel stopt, kan uw bloeddruk weer omhoog gaan.

Gebruikt u dit medicijn voor een hoge bloeddruk en denkt u erover na om te stoppen met dit medicijn? Bekijk dan het thema 'Kan ik stoppen met mijn medicijnen die de bloeddruk verlagen (bloeddrukverlagers)?'.

Hartfalen
Stop niet zomaar zelf met dit medicijn. Als u stopt kunt u (weer) last krijgen van vocht vasthouden en benauwd voelen. Stop dus alleen in overleg met uw arts of apotheker.


Handelsinformatie

Ja, u heeft een recept nodig.

Chloortalidon is sinds 1959 internationaal op de markt. Het is op recept te  krijgen als het merkloze Chloortalidon en Chloortalidonum. Het is te krijgen in tabletten.

Chloortalidon wordt ook gebruikt in combinatie met andere werkzame stoffen als het merkloze Atenolol/chloortalidon.


Disclaimer

Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.